De spanhendels kunnen voor de draaihendelspanner hydraulisch K1856 en voor de draaihendelspanner pneumatisch K1870 worden gebruikt. Bij de spanhendels kan worden gekozen tussen de ”Standaard”-spanhendel en de ”Halffabrikaat”-spanhendel. De ”Standaard”-spanhendels zijn volledig bewerkt en gereed voor gebruik. De ”Halffabrikaat”-spanhendels kunnen nog individueel worden bewerkt. Voor een gemakkelijker bewerking zijn de halffabrikaten van ongehard staal. Na het aanbrengen van de individuele contour moeten de spanhendels voor het gebruik worden geplaatst en gehard, zodat vervorming van de spanhendels tijdens gebruik wordt voorkomen.

Standaard en halffabrikaat staal.

Standard trempée.
Ébauche non trempée.

Le bon positionnement du vérin de bridage à levier rotatif permet de compenser de manière optimale les tolérances des pièces à usiner malgré une poignée indexable courte.
La propreté des éléments de bridage doit être contrôlée régulièrement et leur nettoyage doit être effectué si nécessaire.
La force de serrage effective doit être calculée séparément pour chaque poignée indexable.
La position optimale de la poignée indexable se situe à 90°.
Les profondeurs de trempe suivantes doivent être réalisées avant l'utilisation des poignées indexables « ébauche » : profondeur de trempe 0,3 + 0,2 dureté HRC 50 +/- 2.

Respecter les consignes de sécurité.

La poignée indexable est accrochée au piston du vérin de bridage à levier rotatif et bloquée à l'aide de la goupille cylindrique. La poignée indexable est ainsi bloquée dans le sens axial et ne peut pas tourner.

Autres dimensions et formes.

Forme A : Standard
Forme B : Ébauche